Migratie-assistent
Commando |
Locatie |
Migratie-assistent |
Extra |
De Migratie-assistent helpt je vlot over te stappen naar een nieuwe Vectorworksversie. Je kan je gebruikersgegevens van vorige versies automatisch migreren naar de nieuwe versie en op die manier alle voordelen en functies ervan gebruiken. Gebruikersgegevens die kunnen worden gemigreerd zijn onder andere aangepaste werkruimten, sjabloonbestanden, bibliotheekbestanden, Vectorworks voorkeuren, sommige types omzetting instellingen, opgeslagen sets voor sommige gereedschappen en commando’s, en meer, zoals hieronder opgesomd.
De eerste keer dat je Vectorworks opstart na het installeren, controleert het programma automatisch of er eerdere versies van Vectorworks op je computer zijn geïnstalleerd. Als deze gevonden worden, vraagt Vectorworks je of je de Migratie-assistent wilt opstarten. Maar het is ook mogelijk om de migratie-assistent op eender welk moment van je sessie te openen.
Om de Vectorworks migratie-assistent te openen:
Als je Vectorworks voor het eerst opstart en er reeds een oudere versie van het programma geïnstalleerd is op je computer, kan er een dialoogvenster verschijnen waarin je gevraagd wordt of je je gebruikersgegevens wilt migreren. Bevestig met Ja. Of: selecteer het commando om de migratie-assistent op een ander moment tijdens je sessie te openen.
De Migratie-assistent kan gebruikersgegevens migreren van de vorige vijf versies van Vectorworks; gegevens van oudere versies kunnen niet worden gemigreerd.
Het dialoogvenster ‘Vectorworks Migratie-assistent’ wordt geopend.
Lees de inhoud van dit scherm en klik op Volgende.
Selecteer de locatie van de gebruikersgegevens die je wilt migreren en geef aan naar welke map je ze wilt migreren. Standaard staat hier de gebruikersmap van de vorige Vectorworksversie ingesteld als bron en is voor de doelmap de gebruikersmap geselecteerd van de Vectorworksversie waarin je de Migratie-assistent opstartte. Klik op Volgende.
De migreerbare gebruikersgegevens in de bronmap worden opgesomd voor selectie. Alleen migreerbare gegevenstypen waarvoor je gebruikersgegevens hebt, worden weergegeven voor mogelijke migratie. Werkruimten worden bijvoorbeeld alleen voor migratie weergegeven als er aangepaste werkruimten in de bronmap staan.
Als je alle gebruikersgegevens wilt migreren, vink je de optie Alle gebruikersgegevens aan. Als je slechts bepaalde gegevens wilt overdragen, vink je deze optie uit en selecteer je alleen de categorieën (of specifieke items in de verschillende categorieën) die je wilt migreren. Klik op Volgende.
Indien je partnerproducten met het commando Installeer partnerproducten installeerde, kan je deze later naar een volgende Vectorworksversie overzetten met behulp van de Migratie-assistent, op voorwaarde dat de producten ondersteund worden door de nieuwe Vectorworksversie (zie Toegang tot partnerproducten).
Als je de werkomgevingen wilt migreren, stel je de migratieopties in en klik je op Volgende.
Aangepaste sneltoetsen en grijptoetsen kunnen bewaard worden in de werkomgeving. Als je deze optie uitschakelt, worden de sneltoetsen en grijptoetsen van de nieuwe versie gebruikt.
De menucommando’s en gereedschappen van de bronversie kunnen automatisch worden toegevoegd aan de menu’s en gereedschappensets die je zelf hebt gecreëerd. De gemigreerde werkomgeving beschikt mogelijk niet over de benodigde plaats voor nieuwe items. In dat geval worden de nieuwe gereedschappen in een Nieuwe set geplaatst en de nieuwe commando’s in een Nieuw menu. Je kan de correcte locatie van de nieuwe items opzoeken in de standaard werkomgevingen of in de Vectorworks Help. Als je deze optie uitschakelt, moet je via het dialoogvenster ‘Bewerk werkomgeving’ de nieuwe gereedschappen en commando’s eigenhandig toevoegen aan de gemigreerde werkomgevingen.
Verouderde Commando’s en Gereedschappen kunnen automatisch verwijderd worden uit de gemigreerde werkomgevingen. Het is aanbevolen dit te doen.
Klik op Vorige indien je je keuzes wilt nakijken of aan te passen. Wanneer je tevreden bent met de instellingen, ga je naar het laatste venster en klik je op Migreer.
Voor voorkeuren en instellingen die uniek zijn in de software, vervangen de gemigreerde bestanden de originelen, maar de originele bestanden blijven bewaard en krijgen het achtervoegsel -Original voor het geval ze hersteld moeten worden. Voor andere gegevenstypen die meerdere functionele versies kunnen hebben, zoals werkruimten en plantencatalogi, worden de gemigreerde bestanden voorzien van het achtervoegsel -Migrated om onderscheid te maken tussen versies. De achtervoegsels worden indien nodig automatisch verhoogd.
De grootte en positie van dialoogvensters en paletten en de voorkeuren van de gereedschappen worden niet gemigreerd.
Sjablonen, favorieten en bibliotheken worden automatisch overgezet naar de nieuwe versie.
Wanneer de migratie voltooid is, worden de resultaten weergegeven. Klik op Bekijk rapport om een gedetailleerd overzicht van de migratie te bekijken. Het rapport wordt bewaard als een tekstbestand en opgeslagen in de doelmap van de migratie.
Klik op Voltooi.
Migreerbare gebruikersgegevens
Migreerbare gebruikersgegevens, en hun locaties in de Vectorworks structuur en de Migratie-assistent, zijn onder andere:
Voorkeuren
Vectorworks Preferences.xml
SavedSettings.xml (alleen regeleinden)
Selecteer Vergelijkbare gereedschapinstellingenbestanden
Lighting Device Parameters Set Bestand
Plantdatabank
DXF-/DWG-/DWF-instellingen bestanden
DNT
Omzettingsets gegevensbeheer
Pipet gereedschapinstellingenbestanden
Woordenboek spellingcontrole
Bibliotheken
VWX-Bestanden
Kleurenpaletten
Nota’s
Bouwlaag ondersteuning
Energieanalyse
Werkruimtes
VWW-Bestanden
Sjablonen
STA-Bestanden
Favorieten
VWX-Bestanden
Gegevens insteekmodules
Gedefinieerde gegevens insteekmodules
Gegevens bladkader
Niet gevonden wat je zocht? Vraag het aan onze virtuele assistent Dex.